Bron: Z24.nl 14.10.2011 (Mathijs Bouman)
Griekenland heeft wel degelijk een toekomst binnen de euro. Door lonen te matigen kan het land weer concurrerend worden. Onmogelijk? Letland bewijst dat het kan.
Zelfs als we uiteindelijk de schuld van Griekenland saneren, blijft het land zitten met een levensgroot probleem. De Griekse economie is niet concurrerend.
De lonen zijn te hoog, de productiviteit is te laag, de exportgoederen zijn te duur. Dat is de erfenis van jaren lang verwennen van de kiezer en te vriend houden van de vakbonden.
Testosteronspuit
Vroeger, voordat Griekenland het fatale besluit nam om de euro in te voeren, was er een simpele manier om een verslapte concurrentiekracht een boost te geven. Men devalueerde de drachme en het Griekse bedrijfsleven was in een keer weer concurrerend.
Maar toen de drachme werd opgegeven, verdween deze testosteronspuit achter slot en grendel. Devalueren kan niet meer. De enige manier om nu de export weer concurrerend te maken, is via een moeizaam en pijnlijk proces van langdurige loonmatiging.
Moeizaam omdat de Griekse vakbonden daar voor gaan liggen. Pijnlijk omdat door de lagere lonen in eerste instantie de binnenlandse vraag verder…..
terugvalt en de recessie nog dieper wordt.
Logisch dat het pleidooi voor herinvoering van de drachme al luider klinkt. Verlos Griekenland van de euro, pas dan kan het land weer groeien.
Exit
Maar een exit van Griekenland kan enorme consequenties hebben. Markten zullen direct speculeren op een vertrek van Portugal, dat immers ook wel een concurrentie-boost kan gebruiken. Hetzelfde geldt voor Italië. En Spanje. Niemand zal dan meer in euro’s die landen willen lenen. Zuid-Europa is op slag failliet.
Is er een oplossing? Jazeker: binnen de euro blijven en de pijn van de loonmatiging als een vent dragen. Even de tanden op elkaar. Precies zo als de Baltische staten de afgelopen paar jaar hebben gedaan.
De ervaringen van Letland, Estland en Litouwen laten zien dat het wel degelijk kan: concurrentieverbetering zonder devaluatie. De landen werden enorm hard geraakt door de kredietcrisis van 2008, maar zijn inmiddels aan de beterende hand, zonder daling van de wisselkoers.
Vooral het economische herstel in Letland spreekt boekdelen. In de jaren voor de kredietcrisis was er naar het land – net als naar de Zuid-Europese landen – veel buitenlands kapitaal gestroomd. Dat had geleid tot forse binnenlandse bestedingen en hoge economische groei. Nadat de kredietcrisis uitbrak, en internationaal kapitaal vluchtte naar risicoloze landen, draaide die stroom acuut van richting en kwam het bankenstelsel in grote problemen. In Letland vond er zelfs een levensechte bankrun plaats, waardoor de regering noodhulp van het IMF moest vragen.
Er volgde een zeer diepe recessie. De economie kromp tussen in 2008 en 2009 met maar liefst 24 procent! Dat is een veel grotere krimp dan de Grieken tot nu toe hebben meegemaakt. (Zie de grafiek: Letland vs. Griekenland)
Moeilijke weg
De Letse munt, de lat, is sinds 2004 vast gekoppeld aan de euro. Het land had die koppeling kunnen verbreken om via een devaluatie de export aan te zwengelen. Maar men liet de koppeling intact en koos voor de moeilijke weg.
Lonen werden gematigd waardoor de arbeidskosten per eenheid product in minder dan twee jaar met 20 procent daalden. De overheid bezuinigde hard, zodat het land minder afhankelijk werd van buitenlands kapitaal en het vertrouwen van financiële markten werd hersteld.
De Letse overheid hervormde de economie. De arbeidsmarkt werd flexibeler, het werd makkelijker om een bedrijf te beginnen en de belasting werd vereenvoudigd.
Het beleid werkte. De export trok aan en sinds de zomer van 2010 groeit de economie van Letland weer. In het tweede kwartaal van dit jaar zelfs met 5,6 procent. Daarmee is de economische terugval nog lang niet goedgemaakt. Maar de weg naar herstel is duidelijk ingezet.
Dat alles dus zonder devaluatie. Als Letland de euro had gehad, in plaats van een vaste koppeling met die munt, was resultaat niet anders geweest.
Scheidend ECB-directeur Jürgen Stark sprak afgelopen woensdag tijdens een congres van de centrale bank van Letland. “Het aanpassingsproces in Letland laat zien dat het mogelijk is om grote macro-economische onevenwichtigheden te verminderen, zonder de wisselkoers aan te passen”, zei hij. “Dat is een belangrijke les voor landen binnen de euro, die een soortgelijke aanpassing moeten doormaken.”
Goed gesproken van Stark. Hij mag meteen door naar Athene om dat verhaal aan de eeuwig stakende vakbonden van Griekenland te vertellen.