Bron: Elsevier blog Oene van der Wal15.4.2012
Duitsers vinden vaak dat Nederlanders zo’n leuk taaltje hebben. De laatste tijd was bijvoorbeeld veel in de media te lezen hoe ‘schattig’ Linda de Mol klinkt met haar Nederlandse accent. Zij keerde onlangs met een programma terug op de Duitse televisie. Kranten zwijmelden daarbij ook weer volop over Rudi Carrell, de oervader van het Nederlands klinkende Duits.
Dialect
Voor de hand ligt deze omhelzing van afwijkende klanken niet. In Duitsland is er geen dialect dat meer belachelijk wordt gemaakt dan het Zwabisch. Het inderdaad nauwelijks te volgen Duits uit de omgeving van Stuttgart (Baden-Württemberg) is bijna dagelijks onderwerp van spot in de media, vooral in Berlijn. Kranten en tijdschriften vinden het grappig om politici met hun Zwabisch …..
letterlijk uitgeschreven te citeren. Ook op Saksisch wordt vaak neergekeken. Maar Nederlands is dus aandoenlijk, Nederlands mag.
Tolerantie
Misschien is het een beetje te vergelijken met de afkeer in het westen van Nederland tegen de klanken uit Oost-Nederland. Dat iemand moeite heeft met een Frans of Spaans accent hoor je nooit. Integendeel. Mogelijk zijn we toleranter tegenover buitenlanders die onze taal spreken dan tegenover landgenoten die afwijken van de standaard of de meerderheid. Goedkeurend spreken over een buitenlands accent staat natuurlijk ook een stuk kosmopolitischer dan het prijzen van een ‘plattelandstaal’ uit eigen land.
Provincialen
Zwabisch roept vooral bij weldenkenden negatieve gevoelens op. De klanken schijnen te irriteren. Maar ook zijn Zwaben het zinnebeeld van provincialisme. Op veel plekken in Berlijn is de leus ‘Schwaben raus’ (Zwaben eruit) op de muur gekalkt, gericht tegen de zuid-Duitsers die er een appartement hebben gekocht. Een wonderlijk fenomeen. Baden-Württemberg is een van de succesvolste en rijkste delen van het land, dat ook nog eens fors meebetaalt om het arme Berlijn draaiende te houden.
Kindertaaltje
Ook de weerzin tegen het Saksisch richt zich tegen een veelal succesvolle regio waar zich, anders dan in Berlijn, na de val van de Muur allerlei hightech industrieën hebben ontwikkeld. In de bestuurlijke elite van de communistische DDR spraken velen echter met Saksisch accent, wat de afkeer wel weer begrijpelijk maakt. Maar Nederlands is dus om te zoenen. Bij veel Duitsers zie je het gezicht open gaan als ze je accent bemerken. Wat er zo schattig aan is, weten ze nooit precies uit te leggen. Naar het schijnt klinkt Nederlands hen als Platduits in de oren, maar meer nog als het koeterwaals van kleine kinderen.