Bron: Elsevier nieuwsbrief 14.10.2011 ( column René van Rijckevorsel)
Eén procent van het bbp verdwijnt jaarlijks in een donker gat. En het kabinet wil dat zo laten.
Een regering die meer dan de helft van het inkomen van hardwerkende burgers afpakt, heeft extra veel uit te leggen. Het betalen van belasting is al geen pretje – het inleveren van 52 procent van het inkomen heeft in zekere zin iets immoreels. Een overheid zou nooit meer dan 49,9 procent mogen inpikken.
Of dat belastinggeld een goede bestemming krijgt, daarover zullen burgers altijd redetwisten. Bij verkiezingen kunnen zij hun stem uitbrengen op die partij die in hun ogen de belastinggelden het verstandigst spendeert, of, zoals links dat graag zegt: herverdeelt.
Subsidies
Maar wat de overheid intussen gewoon moet doen, is rekenschap afleggen. De vraag beantwoorden of het belastinggeld doelmatig is besteed. Is dat niet zo – kan gebeuren – dan wordt een andere bestemming gezocht of – liever nog – het geld teruggegeven aan de burger.
Gisteren maakte de Algemene Rekenkamer bekend dat …..
Nederland jaarlijks blindelings zes miljard euro aan subsidies uitkeert. Tussen 2005 en 2009 blijkt ruim 87 procent van de subsidieregelingen niet te zijn gecontroleerd op effectiviteit, terwijl dat wettelijk eens in de vijf jaar moet.
Van de subsidies die wél zijn geëvalueerd, gebeurde dat volgens de Rekenkamer ‘zelden deugdelijk’. Er is in die periode geen enkele subsidie stopgezet. En voor subsidies tot 125.000 euro (toch een flinke smak geld) hoeven ontvangers niet eens verantwoording van de besteding af te leggen.
Donker gat
Hallo! Zes miljard euro! Per jaar! Dat is 1 procent van het Nederlandse bbp, datgene wat alle bedrijven en burgers gezamenlijk in een jaar verdienen. En dat geld verdwijnt allemaal onverantwoord in een donker gat.
Het kabinet-Rutte had juist als voornemen om alleen nog subsidies te geven als bewezen is dat ze effect hebben. Daarom verbijstert de nogal arrogante reactie van minister van Financiën Jan Kees de Jager (CDA) op de kritiek van de Rekenkamer. De Jager wil geen kwaliteitsnormen vastleggen en voelt er niets voor om de geldkraan dicht te draaien als een subsidie niet werkt.
Belachelijk, en schadelijk voor het aanzien van de wel deugdelijke subsidieontvangers.